Brede vorming
Kinderen groeien op in een wereld die snel verandert. Tegelijkertijd is het onze opdracht onze leerlingen in een snel veranderende samenleving voor te bereiden op en toe te rusten tot deze toekomst.
Dit alles vraagt om verbreding en verdieping van ons onderwijs waarin wij onze leerlingen, in samenwerking met de ouders/verzorgers, in staat stellen zichzelf zo goed mogelijk te kunnen ontplooien en ontwikkelen. Op de scholen van Agora doen we dit door te werken aan de brede vorming van kinderen. Voor deze brede vorming gebruiken we de term: ‘bildung’. Het betekent in feite: worden wie je al bent. Bildung is een proces van persoonlijke vorming waarbij kinderen kennis maken met alle culturele en maatschappelijke kanten van de wereld waarin ze leven. Wij zetten in op de ontwikkeling van competenties als: samenwerken, communiceren, creativiteit, kritisch denken, zelfsturend en probleemoplossend vermogen, culturele sensitiviteit en sociaal bewustzijn. Hierdoor ontwikkelt een kind een sterke identiteit, waardoor het stevig kan staan en wendbaar is in een veranderende omgeving.
Meer informatie over bildung bij Agora leest u op de pagina bildung van de Agora website.
Goed onderwijs en meer…
Het handelings- en opbrengstgericht leren is bij ons op orde, hiermee is de basis op orde.
We hebben daarbij hoge verwachtingen van kinderen.
Naast de basis, willen we de kinderen veel verschillende soorten leerervaringen aanbieden. We geloven erin dat kinderen het kunnen, maar zijn daarbij wel realistisch. We plaatsen daarbij ons onderwijs in de actuele context. Op deze manier sluiten we aan bij het bovengenoemde: we bereiden onze kinderen voor op de veranderende samenleving (en dus aan de nieuwe eisen).
We richten ons dus op kennis en vaardigheden. We leiden op voor sectoren en beroepen.
We dagen kinderen uit en bieden kansen met een integrale kijk op samen werken en samen leren.
Onze school is een school in de wijk met partners, ouders, team en leerlingen.
Het onderwijs gaat over rekenen, taal én meer.
We geven kinderen de werktuigen – we leren ze lezen, schrijven, rekenen, argumenteren, onderzoeken – waarmee ze leren nadenken en zelf hun ‘basiswaarden’ bepalen.
Dit is voor ons de essentie van het onderwijs.
Daarnaast betekent het ook dat de kinderen betrokken worden bij het onderwijs en de manier van werken in de klas. We bespreken de resultaten met de kinderen, maar ook zaken als gedrag, motivatie en omgaan met elkaar. Uit deze evaluaties volgen doelen, die we als groep proberen te halen. De individuele doelen van kinderen komen in de datamap. Twee keer per jaar is er een gesprek tussen het kind en de ouders over de doelen in de datamap. De kinderen worden op deze manier eigenaar van hun eigen leerproces. Deze manier van werken noemen wij Continuous Improvement, oftewel constante verbetering.